laatste update: 1-10-2017
Voor deze genealogie zijn o.a. de volgende bronnen gebruikt:
Genealogie Ten Rodengate, Drents Genealogisch Jaarboek 1999
I Jan
ten Rodengate, geb. circa
1540.
Een Jan ten Rodengate wordt genoemd in 1563 als Johan Homan
een geschil heeft met Jan ten Rodengate en Karel Hiddinge.[1]
Op 8-3-1575 wordt hij genoemd als buur van Sleen, samen met
Egbert van Oldenzeel en de schulte Roeloff
Schierbeek.[2] Ook op 15-3-1584[3] en
21-4-1589 wordt hij genoemd als buur van Sleen.[4]
Kind:
1. |
m |
Jan ten Rodengate,
geb. circa
1570 (zie II). |
II Jan ten Rodengate, ette Zuidenveld
1609-1620, geb. circa
1570, overl. circa 1620, zn. van Jan ten
Rodengate (zie I).
Op 16-3-1599 wordt hij als buur te Sleen genoemd.[5]
Op 1-5-1603 is er een geschil tussen Johan ten Rodengate
wegens Luitgen Segeringe en
Hermen Quants enerzijds en Willem Loeckinge
en consorten anderzijds.[6]
Het register van de bezaaide landen 1612 vermeldt Jan ten
Rodengate met 35 mud te Zuid-Sleen.[7] In
hetzelfde register wordt dan ook nog een Hindrik ten
Rodengate genoemd, mogelijk een broer van hem.
Tr.
Uit dit huwelijk:
1. |
m |
Jan ten Rodengate,
geb. circa
1590 (zie IIIa). |
2. |
m |
Geert ten Rodengate
(zie IIIb). |
3. |
v |
Jantje ten Rodengate. |
IIIa
Jan ten Rodengate,
ette Zuidenveld
1633-1665, geb. circa
1590, overl. circa 1665, zn. van Jan ten
Rodengate (zie II).
Het grondschattingregister van
1630 vermeldt hem voor 9000-0-0 gld. In het impost op het gemaal van 1630 komt
hij voor met een huishouden van tien mensen. In de grondschatting 1654 wordt
genoemd Jan Roenges met 9018-7-8 gld.[8]
Op 7-11-1658 worden te Groningen genoemd: "Willem Rosinck voor sich selven, Albert Helinge te Buinen
ende Jantien Rosinge el., als mede Hendrick Schaanck ende oock Jantien Rosinge won. tot Bennevelde, waer voor Willem Rosinge cav., als mede Trijntien Helperichs Rosinge weduwe van Derck Jacobs voor haer selven ende Roeloff Helperichs Rosinge oock voor hem selven, overdragen
aan Roeloff van Selbach ende Johanna ten Rodengate
el. een behuisinge ende stall,
haer vercoperen van Roeloff Beninck, neffens de coper voor sijn schoonvaeder en schoonmoeder is aengeerff"[9]
Gezien het feit dat de schoonvader en schoonmoeder van Johanna ten Rodengate
samen met de Rosing´s genoemd worden, was Jan
ten Rodengate mogelijk gehuwd met een dochter van Willem Rosing te Valthe.
Tr.
Partner is N. N.
Uit dit huwelijk:
1. |
v |
Lamme ten Rodengate, geb. circa 1615, overl. na
1676. |
2. |
m |
Roelof
ten Rodengate,
geb. circa
1625 (zie IV). |
3. |
v |
|
4. |
v |
IIIb
Geert ten Rodengate,
kerkvoogd
Zuidlaren ca. 1660, zn. van Jan ten Rodengate (zie II).
Hij wordt genoemd in het grondschattingsregister van 1630
genoemd als broer van Jan ten Rodengate. In 1646 wordt hij aangeslagen voor
2199-7-8, in 1654 voor 2878-17-0.
Op een avondsmaalbeker van
Zuidlaren staat: "Den kercken Beecker tot Zuid/Laeren Gemaeckt in der Tyt als / Lvdolphus Hvisinge predicant, Geert ter Rodengate, /Jan Hemsinghe,
Harmen Mensinghe ende Albert Coops kerckvoogden waren".
Op 25-11-1657 is er een geschil voor de Etstoel:
"Tussen Roelof van Selbach voor hem selven mede
als volmacht van sijn schoonvader Geert ten Roedengaete eiser ter ener ende Christiaen
Mensinck schults tot
Coevorden ende Schonenbeeck verweerder ter anderen, pantkeringe gedaan op de eis van 130 car.
gl. 4 st. 6 pl. volgens obligatie van 12-05-1650 zonder hier te compareren om
zijn pantkeringe te verantwoorden; drost en 24 etten
geven de gedane pantkeringe van onwaer,
de verweerder verder condemnerende tot restitutie van
´t ordelgeld en in de gerichtskosten".[17]
Avondsmaalbeker
Zuidlaren[18]
Tr.
Partner is Hille Rosing, geb. circa 1605 te Valthe,
overl. op 19-2-1685 te Zuidlaren, dr. van Willem Rosing, ette Zuidenveld
1615-1638, en Margje Hamming.
Bij overlijden 85 jaar oud.
Uit dit huwelijk:
IV Roelof ten Rodengate, ette Zuidenveld
1666-1681, geb. circa
1625, overl. circa 1681, zn. van Jan ten Rodengate (zie IIIa) en N. N.
Een Ten Rodengate heeft nageslacht zoals blijkt op
13-12-1763 als:
Jan Hammink Rosinge, Jan Rosinge van Exloo, Roelof Rosing te Sleen, en de gesworene J. Bosma te Kropswolde, ex uxoris
Jantien Rosinge, kinderen van wijlen Willemtijn ten Rodengate en Harm Rosinge
te Exloo gewoond hebbende;
Meerten Oldenbanninge te Oosterhesselen, Hindrik Huisinge te Wesup gehuwd aan Margijn Oldenbanninge, kinderen van wijlen Lutgertien
ten Rodengate en Roelof Oldenbanninge te
Oosterhesselen;
Jan Hammink Willems ten Rodengate te Zuidsleen, Jantien ten
Rodengate wed. Albert Vrijlinge te Noordbarge, Jan Schuuringe te Aalden gehuwd met Wilmina
ten Rodengate, kinderen van wijlen Willem ten Rodengate en Hindrikje
Lussing te Zuidsleen;
Jan Weggemans te Coevorden, Jan Hammink Weggemans te
Schoonebeek, Berent Weggemans te Dalen, kinderen van wijlen Jantien ten
Rodengate en Jan Weggemans te Dalen;
tesamen nakinderen van wijlen hun grootvader Jan Hammink Rogens of ten Rodengate te Sleen;
Willem Weggemans op den Hool
gehuwd met Margijn Weggemans, Roelof Rosinge te Sleen gehuwd met Hendrikje Weggemans, kinderen
van wijlen Lutgertien ten Rodengate en Jan Weggemans
te Sleen;
nakinderen van hun overleden grootvader Roelof Rogens of ten Rodengate te Sleen;
Marchien Weggemans weduwe van Harmen Schaange
te Bonnevelde; Jan Weggemans en voornoemde Willem
Weggemans op den Hool, kinderen van wijlen Roelofje ten Rodengate en Lambert Weggemans van den Hool;
nakinderen van hun overleden grootvader Willem ten
Rodengate,
samen 17 van 18 in de zesde graad verwant van de
moederzijde tot wijlen Harmanna Nijsing, weduwe van
wijlen de heer gedeputeerde A. Nijsing. De klagers eisen teruggave van de
goederen die Harmanna Nijsing van moeders zijde
aangeërfd heeft. Harmanna was een dochter van F.
Nijsing te Beilen en Lutgertien ten Rodengate. Lutgertien had een zuster Jantien ten Rodengate, gehuwd met
Harm Hidding. Blijkbaar had Harmanna de goederen van
Jantien en Lutgertien ten Rodengate geërfd. De
klagers eisen dat deze erfenis onder alle 18 verdeeld wordt.[19]
Hij wordt vermeld in haardstedenregister te Zuid-Sleen in
1672 voor 2 gld als Roelof Roonges.
Op 21-11-1676 eist Roelof Roenges
van Jan Buiter tot Buinen als mede-erfgenaam van zijn zalige oom Willem Hamming
in de Veenhof terugbetaling van een vierde deel van
1100 gulden, die gedaagde wegens gepretendeerde zijtval
van zijn zalige zuster Geessien ten Rodengate, en een
kwart van de kleding en het zilverwerk, plus rente van het kapitaal over 17
jaar.[20]
Willem Hamminf, Otto Buiting, Geert Roeges en Willem Rosinge als mombers over Jan Roeges
voorkinderen, verzoeken op 10-11-1652 om goedkeuring van de huweljkse
voorwaarden tussen Roeloff Roeges
en Aelke Roeloves op
11-8-1652 opgemaakt. Tevens vragen zij om boedkeuring
van het daarin gemaakte contract van eenkindschap;
drost en 24 etten verwijzen naar de volgende lotting.[21]
Op 25-8-1652 worden de voorwaarden alsnog goedgekeurd.[22]
Tr. kerk (1) circa 1635.
Echtgenote is Lutgertje Hamming,
geb. circa 1610,
dr. van Jan
Hamming en Johanna Eling.
Tr. (2) op 10-8-1652 te (h.c.).
Echtgenote is Aelke Roelofs,
geb. circa 1625.
Uit het eerste huwelijk:
1. |
m |
Jan ten Rodengate,
geb. circa
1635 (zie Va). |
2. |
m |
Jan Hamming ten Rodengate,
geb. circa
1640 (zie Vb). |
3. |
m |
Willem ten Rodengate,
geb. circa
1645 (zie Vc). |
4. |
m |
Roelof ten Rodengate,
geb. circa
1650 (zie Vd). |
Va Jan ten Rodengate, ette Oostermoer
1687-1712; kerkvoogd te Zuidlaren 1652, 1680, geb. circa 1635,
overl. voor 1714, zn. van Roelof ten Rodengate
(zie IV)
en Lutgertje Hamming.
Hij wordt beleend met Avinge goed
te Anderen op 30-5-1675, na de dood van zijn oom Willem Hamming. Hij wordt ook
vermeld in het haardstedenregister van 1691 onder Zuidlaren als ette Jan ten Rodengate met de aanslag 2-0-0[23], in de collecte van 1687 voor "de geloofsgenoten verdreven
uit de valleien van Piedmont doch schuilende en zich
tegenwoordig verbergende onder de Zwiterse
kantons"[24] en in de collecte van 1699 voor "de gereformeerde
vluchtelingen".[25]
Hij is overleden voor 30-4-1714 als zijn dochter beleend
wordt met het Avinge goed te Anderen. Hij werd
beleend met het Avinge goed te Anderen op 30-5-1675
"na de dood van zijn oom Wilhelm Hamminge". In de preekstoel in de
N.H. kerk te Zuidlaren staat: "Deze Predickstoel
gemaeckt 1675 als de heer Rolof van Selbach, Johan
ten Rodengate en Johan van Selbach Pastor, Frederick Tamminge,
Frerick Jansen Kerckvooghden
waren".[26]
Ook wordt Johan ten Rodengate genoemd in een inscriptie in het doophek van deze
kerk, gemaakt in 1680, als kerkvoogd.
Op 25-5-1681 is Hindrik Leving van Noordlaren als vader van zijn minderjarige
zoontje Otto Levinck eiser tegen Johan ten Rodengate
als erfgenaam van zijn oom Willem Hamminge. De eiser wil betaling van 500
gulden wegens een bepaling in het testament van wijlen Willem Hamminge d.d.
9-10-1674.[27]
Op 7-6-1687 willen zowel Jan ten Rodengate als Jan Homan
wijlen Jan Sibringe als ette
opvolgen. De drost, landschrijver en secretaris zullen een belissing
nemen wie de opvolger wordt.[28]
Jan ten Rodengate wordt benoemd als ette.[29]
Op 21-11-1713 wordt in plaats van Jan ten Rodengate Harmen Buiting
als ette benoemd.[30]
Tr.
Partner is Aafje Hemsing, geb. circa 1645 te Zuidlaren,
overl. op 31-10-1690 te Zuidlaren, dr. van Jan Willems Hemsing en Jantje Reiners Tamming.
Uit dit huwelijk:
1. |
v |
Lutgertje
ten Rodengate,
ged. 1668 te Zuidlaren, overl. 1672
te Zuidlaren. |
2. |
v |
Johanna ten Rodengate, ged. 1671
te Zuidlaren,
overl. voor 1753 te Zuidlaren. |
3. |
v |
Lutgertje
ten Rodengate,
ged. op 21-3-1674 te Zuidlaren, overl. op 2-5-1732 te Beilen. |
4. |
m |
Jan ten Rodengate, geb. 1676 te Zuidlaren,
overl. 1678 te Zuidlaren. |
5. |
v |
Vb
Jan Hamming ten
Rodengate, geb. circa
1640, zn. van Roelof ten Rodengate (zie IV) en Lutgertje Hamming.
Hij wordt vermeld in het haardstedenregister te Zuid-Sleen
in 1672 als Hamming Roenges voor 1 paard. In 1693
voor 2 paarden. Hij ondertekende het haardstedenregister van 1691-1693.
Hij is, evenals zijn broer Willem, waarschijnlijk overleden
voor 1697 en zeker voor 1699. Hun namen worden vermeld in de collecte van 1687[38],
maar niet meer in de collecte van 1699, die de weduwe Hamminks vermeldt.[39]
Tr.
Partner is Jantien Oldenbanning, geb. circa 1650,
overl. op 15-7-1749 te Sleen.
Uit dit huwelijk:
1. |
m |
Jan Hamming ten Rodengate,
geb. circa
1675 (zie VIa). |
2. |
v |
Lutgertje
ten Rodengate,
geb. circa
1680. |
3. |
m |
Willem ten Rodengate,
geb. circa
1680 (zie VIb). |
4. |
v |
Willemtje
ten Rodengate,
geb. circa
1686, overl. op 6-7-1742 te Odoorn,
begr. op 10-7-1742 te Odoorn. |
5. |
v |
Jantje Hamming ten Rodengate, geb. circa 1690, overl. voor
1728. |
Vc
Willem ten Rodengate,
geb. circa 1645,
zn. van Roelof ten Rodengate (zie IV) en Lutgertje Hamming.
Vermeld in het haardstedenregister te Zuidsleen in 1691,
1692 en 1693 voor vol.
Tr.
Partner is Geesje N.N.
Uit dit huwelijk:
Vd Roelof ten Rodengate, ette Zuidenveld
1696-1725, geb. circa
1650, overl. circa 1730, zn. van Roelof
ten Rodengate (zie IV) en Lutgertje Hamming.
Hij is landdagscomparant voor
Sleen op 8-3-1687. Hij ondertekent het haarstedenregister van Sleen in
1691/1692.
Zijn naam wordt niet vermeld in de collecte van 1689, maar
wel in de collecte van 1699 als ette ten Rodengate.
De goedschatting van "capitalen liggent gelt" van 1704
vermeldt ette Roelof ten Rodengate voor een bedrage
van 1000 gulden[47]
en de goedschatting van "kapitalen, waren en koopmanschappen, mobelen, levende have" van 1705 voor 1000 gulden +
obligatie van 1000.[48]
De grondschatting van 1704 werd onder meer ondertekend door de ette R. ten Rodengate.
In het register van de 30e penning werd ette
ten Rodengate genoemd op 13-12-1718, samen met zijn zwager Jan Weggemans toen
hij voor Jan de penningen betaalde over de erfenis van Lammegien
Vos.[49]
Op 24-4-1726 lenen de ette
Johannes Marissen, Berent Marrissen en Marten Korstinge
500 gulden van de ette Roelof ten Rodengate, zoals
blijkt uit het register van acten van vrijwilllige rechtspraak, dat meerendeels
schultbekentenissen bevat. Na 14-6-1729 komt zijn
naam niet meer voor in het register.
Het kerkregister van Sleen geeft:
Roelof Reugens, vader
Hindrikien Pelinge, moeder
Jan Wegmans, jongeman
Lutgertien Reugens, dochter
Wemeltijn Reugens dochter
Hij is overleden na 14-6-1729.
handtekening
Roelof ten Rodengate[50]
Tr.
Partner is Hendrikje Peling, geb. circa 1655.
Uit dit huwelijk:
1. |
v |
Lutgertje
ten Rodengate,
geb. circa
1685 te Sleen,
overl. op 28-5-1744. |
2. |
v |
VIa
Jan Hamming ten
Rodengate, geb. circa
1675, overl. op 20-1-1755 te Sleen,
zn. van Jan Hamming ten Rodengate (zie Vb)
en Jantien Oldenbanning.
Hij wordt voor de eerste maal genoemd in de collecte van
1699 als Jan Hammick Roegens.
Vervolgens in de goedschatting van 1704 als Jan ten Rodengate voor een bedrag
van 500 gulden en in de goedschatting van 1705 als Jan Hamminck
ten Rodengate met obligatie 500. Tenslotte vermeld in het haardstedenregister
onder Zuid-Sleen voor 1742 met vier paarden en voor 1754 met drie paarden.
Op 1-12-1733 lenen Albert Eising en zijn huisvrouw Hindrikje Peuling 100 gulden van
Jan Hamming en Jantje Jacobs zijn vrouw.[52]
Tr.
Partner is Jantien Jacobs.
Uit dit huwelijk:
1. |
m |
Jan Hamming ten Rodengate,
geb. circa
1723 te Zuid-Sleen
(zie VIIa). |
VIb
Willem ten Rodengate,
geb. circa 1680,
overl. voor 1733, zn. van Jan Hamming ten Rodengate
(zie Vb)
en Jantien Oldenbanning.
Hij is landdagscomparant voor
Sleen op 13-10-1714
Op 20-11-1733 verkopen Jan Hammink van Sleen en Hinderik Lussing van Drouwen als volmacht van Hinderkien
Lussing, weduwe van wijlen Willem Hamminck enkele percelen
grond uit de Ensinge plaats in de Veenhof
aan A. Nijsing te Beilen en Harm Hidding te Zuidlaren.
Bij het afkopen van hun dochter Jantien door zoon Jan zal
de helft ineens betaald worden, de andere helft na de dood van hun moeder.
Hij wordt vermeld in het haardstedenregister van 1742 als Hindrik Hammings met vier paarden en in het register van
1754 als Hindrekien Hammings met drie paarden.
Op de lotting van 10-12-1764 is
er een geschil over afwatering: "In saken van Hindrikje Lussinge, weduwe van
wijlen W. Hammink ten Rodengate voor haar zelfs en als boedelhoudersche
harer kinderen nevens haar soon Jan Hammink Willems
ten Rodengate".[53]
Tr.
Partner is Hindrikje Lussing,
geb. circa 1690
te Drouwen,
overl. op 9-1-1770 te Zuidsleen, dr. van Thij Lussing en Aaltje Hamming.
Uit dit huwelijk:
1. |
v |
Jantje Hamming ten Rodengate, geb. circa 1725 te Zuid-Sleen,
begr. op 28-3-1797 te Emmen. |
2. |
m |
Jan Hamming Willems ten
Rodengate, geb. circa
1730 te Zuid-Sleen
(zie VIIb). |
3. |
v |
Wilmina
ten Rodengate,
geb. circa
1730 te Zuid-Sleen,
overl. voor 1798. |
VIIa
Jan Hamming ten
Rodengate, geb. circa
1723 te Zuid-Sleen,
overl. op 20-10-1791 te Zuid-Sleen, begr. op 12-10-1791
te Sleen,
zn. van Jan Hamming ten Rodengate (zie VIa)
en Jantien Jacobs.
Op 16-01-1764 werden als mombers aangesteld: Jan Cremers
van Emmen, Jan Crusen van Erm, Jan Hamming ten
Rodengate van Sleen en Jan Schirringe van Aalden over
Aaltje en Willem kinderen van wijlen Albert Vrijling
en Jantje Hamming. Jantje hertrouwde met Willem Hilbrands van Emmen.
Het is vrijwel zeker dat hij de 18e bloedverwant is van Lutgertien ten Rodengate genoemd in het stuk van 1763.
Waarom hij niet mee procedeerde, is niet duidelijk. Hij wordt vermeld in de
haardstedenregisters te Sleen in 1764 met een paard, en in 1784 met twee
paarden
Het haardstedenregister van 1784 wordt door hem en door
zijn gelijknamige neef (zie VIIb) ondertekend, beiden
als J.H. ten Rodengate
Jan Hammink ten Rodengate is landdagcomparant voor Sleen
tussen 1774 en 1788.
Tr. kerk op 25-2-1748 te Sleen.
Echtgenote is Jantje Marissen, geb. circa 1715 te Sleen,
overl. op 9-9-1779 te Zuid-Sleen, begr. op 14-9-1779
te Sleen,
dr. van Berent Marissen en Annigje Kamping.
Uit dit huwelijk:
1. |
v |
Jantje Hamming ten Rodengate, ged.
op 24-8-1749
te Sleen,
begr. op 27-6-1787 te Noord-Sleen. |
2. |
m |
Jan Hamming ten Rodengate,
ged. op 28-5-1752 te Sleen (zie VIIIa). |
3. |
m |
Berend Hamming ten Rodengate,
geb. op 18-12-1755
te Sleen
(zie VIIIb). |
VIIb
Jan Hamming Willems ten
Rodengate, geb. circa
1730 te Zuid-Sleen,
begr. op 10-10-1788 te Sleen, zn. van Willem
ten Rodengate (zie VIb) en Hindrikje Lussing.
In juni 1754 als lidmaat aangenomen te Sleen
SP 47 Deel 1 folio ??? 24-3-1789
Gebeurtenis: momberbenoeming, inventaris
Ouders: Jan Hamming ten Rodengate en Roelofje
Weggemans
Plaats:
Hoofdmomber: Wilm Hilbrants
Medemombers: Lambert Weggemans; Jan Weggemans; Berent
Lanning
Namen kinderen:
Bijzonderheden: Akte bijna onleesbaar.
Tr. kerk op 4-12-1768 te Sleen.
Echtgenote is Roelofje Weggemans,
geb. te Den Hool, ged. op 16-12-1736
te Sleen,
overl. op 27-5-1780 te Zuid-Sleen, begr. op 2-6-1780
te Sleen,
dr. van Willem Weggemans en Marrigje Weggemans.
In het kerkregister van Sleen genoemd op 28-3-1771 als
dochter van Willem Weggemans en Marrichien Weggemans.
Uit dit huwelijk:
VIIIa
Jan Hamming ten
Rodengate, ged. op 28-5-1752 te Sleen,
overl. op 16-6-1819 te Zuid-Sleen, zn. van Jan Hamming ten Rodengate (zie VIIa)
en Jantje Marissen.
Lidmaat te Sleen 7-2-1776. Genoemd in het register van de
gewapende burgermacht van 1797/8 onder hetzelfde huis als zijn broer Berend.
Vermeld in het haardstedenregister van 1794 voor twee paarden en in dat van
1804 voor een half en twee.
Uit de kadastrale opname van 1832 blijkt dat het bezit van
de weduwe van Jan Hamming ten Rodengate bestond uit circa 17 ha. Land, waarvan
5 ha bouwland in Zuid-Sleen en 12 ha hooi- en weiland in het Ermer- en het Zuid-Slener veld,
met een belastbaar inkomen van fl 142,57 plus fl 5,- voor een huis van klasse 5 in Zuid-Sleen.
OSA 1383 Zuid-Sleen no. 24: Jan Hammings, keuter, ongehuwd;
Berent Hammings, 45, keuter, 2 kinderen, weduwnaar.
Tr. kerk op 30-3-1807 te Sleen.
Echtgenote is Hindrikje Reinders Sanders, ged. op 10-9-1780
te Roswinkel,
overl. op 27-9-1864 te Sleen, dr. van Reinder Jans Sanders en Geertje Jans Fokken.
Uit dit huwelijk:
1. |
v |
Jantien ten Rodengate, geb. op 30-6-1807 te Zuid-Sleen,
ged. op 5-7-1807 te Sleen, overl. op 17-7-1869 te Sleen. |
2. |
v |
Geertje ten Rodengate, geb. te Zuid-Sleen, ged. op 4-3-1810
te Sleen,
overl. op 10-2-1883 te Sleen. |
3. |
v |
Johanna ten Rodengate, geb. op 17-3-1813 te Zuid-Sleen,
overl. op 21-11-1874 te Sleen. |
VIIIb
Berend Hamming ten
Rodengate, landbouwer,
geb. op 18-12-1755
te Sleen,
ged. op 21-12-1755 te Sleen, overl.
op 20-11-1832
te Odoorn,
zn. van Jan Hamming ten Rodengate (zie VIIa)
en Jantje Marissen.
Genoemd in het register weerbare mannen 1811 te Zuidsleen.
Otr. (1) op 1-6-1786 te Oosterhesselen,
tr. kerk op 5-6-1786 te Sleen.
Echtgenote is Grietje Oldenbanning, geb. op 24-5-1755
te Oosterhesselen,
overl. op 30-10-1787 te Zuid-Sleen, dr. van Meerten Oldenbanning en Jantien Elving.
Tr. kerk (2) op 1-11-1794 te Sleen.
Echtgenote is Margje Marissen, ged. op 20-4-1772
te Sleen,
overl. op 17-6-1797 te Sleen, dr. van Claas Marissen en Grietje Weggemans.
Uit het tweede huwelijk:
[1] Goorspraken 1563-1565 pg. 77 d.d. 15-3-1563
[2] Goorspraken 1572-1577 pg. 228 d.d. 8-3-1575
[3] Goorspraken 1583-1589 pg. 14 d.d. 15-3-1584
[4] Goorspraken 1583-1589 pg. 113 d.d. 21-4-1589
[5] Goorspraken 1598-1602 pg. 76 d.d. 16-3-1599
[6] Ordelen van de Etstoel, Joosting, pg. 463
[7] OSA 621
[8] OSA 841
[9] GrA III x 40, folio 167 d.d. 7-11-1658
[10] OSA 841
[11] OSA 845 folio 301
[12] Leenprotocollen Overijssel OD3 folio 104v
[13] OSA 845
[14] Drentse rechtsbronnen, pg. 65
[15] Archief Mensinge inv. no. 1447
[16] GrA Gerecht Selwerd, inv. no. 120 d.d. 17-11-1676
[17] Etstoel 14 deel 16 folio 377 d.d. 25-11-1657
[18] Drents Genealogisch Jaarboek 1999 pg. 75
[19] Etstoel 14 deel 54 folio 218 d.d. 29-11-1763
[20] Etstoel 14 deel 22 folio 489 d.d.21-11-1676
[21] Etstoel 14 deel 15 folio 75 d.d. 10-11-1652
[22] Etstoel 14 deel 15 folio 238 d.d. 25-08-1652
[23] OSA 868/869
[24] OSA 1027
[25] OSA 1029
[26] Drentse Gedenkwaardigheden
[27] Etstoel 14 deel 24 folio 330 d.d. 25-5-1681
[28] Etstoel 14 deel 28 folio 2 d.d. 7-6-1687
[29] Etstoel 14 deel 28 folio 5 d.d. 7-6-1687
[30] Etstoel 14 deel 39 folio 49 d.d. 21-11-1713
[31] Leenprotocollen Overijssel
[32] Schultenprotocol 264 deel 3 folio 369 d.d. 6-5-1735
[33] Etstoel 14 deel 264 deel 3 folio 418 d.d. 19-4-1737
[34] Etstoel 14 deel 264 deel 4 folio 326 d.d. 10-6-1746
[35] Etstoel 14 deel 264 deel 4 folio 514 d.d. 11-11-1745
[36] OSA 1785 pg. 4610 d.d. 1-12-1753
[37] OSA 1785 pg. 4659 d.d. 15-6-1754
[38] OSA 1028
[39] OSA 1029
[40] Etstoel 14 deel 54 folio 218 d.d. 13-12-1763
[41] Schultenprotocol 44 deel 1
[42] Schultenprotocol 38 deel 1 folio 235 dd 6-2-1731
[43] Schultenprocotol 42 deel 1 folio 41 d.d. 16-12-1734
[44] Etstoel 14 deel 51 folio 54v d.d. 27-11-1753
[45] Schultenprotocol 38 deel 1 folio 227 d.d. 28-5-1731
[46] Schultenprotocol 39 folio 30 d.d. 27-1-1804
[47] OSA 818
[48] OSA 818
[49] OSA 1785
[50] haardstedenregister
[51] Schultenprotocol 44 deel 1 folio 5 d.d. 6-2-1727
[52] Schultenprotocol 44 deel1 folio 187 d.d. 1-12-1733
[53] Etstoel 14 deel 55 folio 74v d.d. 27-11-1764